Plan: | Maatregelen Kierbesluit en Deltanatuur Bernisse |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.9928.DOSx2009x0001785IP-OW01 |
Behoudens het bepaalde in lid 22.2, is het verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van gedeputeerde staten (aanlegvergunning) op en in de hierna aangegeven gronden de daarbij aangegeven werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
werken en werkzaamheden* | |||||||||
gronden met de bestemming: | a | b | c | d | e | ||||
4 | Agrarisch met waarden | + | + | + | + | + | |||
* de onderstaande letters worden hierna verklaard; in de tabel is: + = aanlegvergunning vereist |
|||||||||
a | aanleggen en verharden van wegen en paden en het aanleggen of aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen | ||||||||
b | verlagen van de bodem en afgraven van gronden, tenzij daarvoor een vergunning is vereist krachtens de Ontgrondingenwet, en het ophogen en egaliseren van de gronden | ||||||||
c | aanbrengen van ondergrondse transport-, energie- en telecommunicatieleidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties en apparatuur | ||||||||
d | diepploegen, zijnde het extra diep - meer dan circa 0,3 m - omploegen | ||||||||
e | bebossen of anderszins beplanten met houtopstanden, waaronder begrepen het kweken en telen van bomen, struiken en heesters |
Het in lid 22.1 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van de volgende werken en werkzaamheden:
Werken en werkzaamheden als bedoeld in lid 22.1, zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, een of meer waarden of functies van de in die artikelen bedoelde gronden, welke het plan beoogt te beschermen,
- niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel
- de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind,
met dien verstande dat werken en werkzaamheden als bedoeld in lid 22.1, onder f, slechts toelaatbaar zijn, indien hetzij aannemelijk is gemaakt dat herbouw van het object met dezelfde karakteristieken zal plaatsvinden, hetzij er, naar het oordeel van gedeputeerde staten, geen mogelijkheid is om verval van het object tegen te gaan.
Alvorens een aanlegvergunning te verlenen als bedoeld in lid 22.1, winnen gedeputeerde staten advies in van een door hen aan te wijzen ter zake deskundige, ingeval ze advies nodig achten.