Visie op Zuid-Holland - verordening Ruimte, actualisering 2012 | |
Status | vastgesteld |
IDN | NL.IMRO.9928.DOSx2011x0012858VO-VA01 |
Plantype | provinciale verordening |
Plandatum | 30-01-2013 |
Artikel 18 Archeologie
Lid 1 terreinen met een hoge of zeer hoge bekende archeologische waarde
Een bestemmingsplan voor gronden die op kaart 17 zijn aangeduid als terreinen met een hoge of zeer hoge archeologische waarde, bevat bestemmingen die de bekende archeologische waarden beschermen. Lid 2 verbod op roeren bodem
De regels als bedoeld in het eerste lid voorzien in elk geval in een verbod op werken of werkzaamheden waarbij de bodem tot meer dan 30 centimeter onder het maaiveld wordt geroerd. Afwijking van dit verbod is mogelijk als door middel van archeologisch onderzoek is aangetoond dat de archeologische waarden niet worden aangetast. Voorts geldt dit verbod niet voor werken en werkzaamheden die naar hun aard de archeologische waarden niet aantasten, zoals archeologisch onderzoek en het normaal gebruik, beheer en onderhoud. Lid 3 afwijkingsmogelijkheid voor behoud ex situ
In afwijking van het bepaalde in lid 2 kan de gemeente bij uitzondering besluiten tot behoud van de archeologische waarden ‘ex situ’, als andere belangen prevaleren.
Lid 1 terreinen met een hoge of zeer hoge bekende archeologische waarde
Een bestemmingsplan voor gronden die op kaart 17 zijn aangeduid als terreinen met een hoge of zeer hoge archeologische waarde, bevat bestemmingen die de bekende archeologische waarden beschermen. Lid 2 verbod op roeren bodem
De regels als bedoeld in het eerste lid voorzien in elk geval in een verbod op werken of werkzaamheden waarbij de bodem tot meer dan 30 centimeter onder het maaiveld wordt geroerd. Afwijking van dit verbod is mogelijk als door middel van archeologisch onderzoek is aangetoond dat de archeologische waarden niet worden aangetast. Voorts geldt dit verbod niet voor werken en werkzaamheden die naar hun aard de archeologische waarden niet aantasten, zoals archeologisch onderzoek en het normaal gebruik, beheer en onderhoud. Lid 3 afwijkingsmogelijkheid voor behoud ex situ
In afwijking van het bepaalde in lid 2 kan de gemeente bij uitzondering besluiten tot behoud van de archeologische waarden ‘ex situ’, als andere belangen prevaleren.