direct naar inhoud van 2.2 Rijksbeleid
Plan: Maatregelen Kierbesluit en Deltanatuur Bernisse
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.9928.DOSx2009x0001785IP-OW01

2.2 Rijksbeleid

Nota Ruimte (2005)
De Nota Ruimte bevat de visie van het kabinet op de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland en de belangrijkste bijbehorende doelstellingen voor de komende decennia. Hoofddoel van het nationaal ruimtelijk beleid is om ruimte te scheppen voor de verschillende ruimtevragende functies.

Ter bescherming van het land tegen overstromingen en wateroverlast, ter veiligstelling van de zoetwatervoorraden, ter voorkoming van verdroging, en onnodige bodemdaling, watertekorten en verzilting en ter verbetering van de kwaliteit van grond- en oppervlaktewater is water één van de structurerende principes bij de bestemming, de inrichting en het beheer van de ruimte. Dit betekent dat meer ruimte wordt geboden aan water en dat waterkwantiteit en kwaliteit meer dan voorheen sturend zijn voor ontwikkeling en locatiekeuzen van grondgebruik. Hiermee wordt beoogd dat het watersysteem op orde wordt gebracht en gehouden, een goede ecologische (grond)waterkwaliteit wordt bereikt (anticiperen op implementatie van de EU-Kaderrichtlijn Water) en de ruimtelijke kwaliteit wordt versterkt.

Natura 2000
De Europese Unie heeft een gevarieerde en rijke natuur, die van biologische, esthetische en economische waarde is. Om deze natuur te behouden heeft de Europese Unie het initiatief genomen voor Natura 2000. Dit is een samenhangend netwerk van beschermde natuurgebieden.

De aanwijzing als Natura 2000-gebied heeft niet alleen gevolgen voor het aangewezen gebied, maar ook voor het omliggende gebied vanwege de zogenaamde externe werking. Dit wil zeggen dat ontwikkeling of gebruik van gronden die buiten het aangewezen gebied liggen van invloed kunnen zijn op de instandhoudingsdoelstellingen van het beschermde gebied.

De aanwijzing heeft geen consequenties voor het huidige gebruik. Bestaande activiteiten kunnen over het algemeen worden voortgezet. Nieuwe activiteiten, die significante gevolgen kunnen hebben, moeten vooraf grondig worden onderzocht op hun gevolgen in de vorm van een zogenaamde "passende beoordeling". Het deelgebied Deltanatuur is opgenomen in het ontwerp-aanwijzingsbesluit Natura 2000 Haringvliet. Een definitieve vaststelling heeft nog niet plaatsgevonden.

Waterbeleid in de 21e eeuw (2000)
In het adviesrapport Waterbeleid voor de 21e eeuw wordt geconcludeerd dat de waterhuishouding anno 2000 vaak niet op orde is. Er kunnen zich onveilige situaties voordoen en steeds vaker is sprake van overlast en schade. De problemen en knelpunten in het huidige watersysteem van Nederland zullen ten gevolge van klimatologische veranderingen sterk toenemen. Verwacht wordt dat de regenval per bui zal intensiveren, de buien frequenter vallen en de perioden van droogte langer zullen zijn. De zeespiegelstijging vergroot de problemen bij, op en achter de kust. Een verdere bodemdaling zorgt voor een groeiend hoogteverschil tussen water en land.

Het rapport stelt dat er geen ruimte meer mag worden onttrokken aan water. Water wordt mede sturend bij de ruimtelijke inrichting en water kan meervoudig gebruikt worden. Ter voorkoming van wateroverlast wordt ingezet op maatregelen om het water beter vast te houden. In aanvulling daarop wordt waar nodig het areaal oppervlaktewater vergroot. Wanneer ook dat onvoldoende soelaas biedt, worden maatregelen getroffen om water af te voeren.

Europese Kaderrichtlijn Water (2000)
De Europese Kaderrichtlijn Water verplicht de waterschappen om maatregelen te nemen om tot een goed ecologisch functioneren van het watersysteem te komen. Daarvoor zijn het verminderen van verontreinigende uitstoot en een ecologisch verantwoorde inrichting nodig. De Kaderrichtlijn biedt ruimte om doelstellingen te formuleren en kent een resultaatverplichting om de geformuleerde maatregelen daadwerkelijk te realiseren binnen vastgestelde termijnen.

Kierbesluit (2000)
Door de bouw van de Haringvlietdam werd het Haringvliet een zoetwatermeer. De afsluiting van het Haringvliet en de veranderingen die dat met zich meebracht, hebben ook nadelige gevolgen. Daarom heeft het Rijk na diverse onderzoeken in 2000 besloten om de Haringvlietsluizen ook bij vloed op een kier te zetten. Dit is het Kierbesluit.

In december 2010 gaan de Haringvlietsluizen op een kier. Hierdoor wordt een deel van het Haringvliet zout. In dit deel liggen nu innamepunten voor de zoetwatervoorziening van delen van zowel Voorne-Putten als Goeree-Overflakkee. Omdat deze in de toekomst in het zoute of brakke gedeelte komen te liggen, moeten er andere innamepunten en watergangen gemaakt worden om het zoete water van het nieuwe innamepunt naar het gebied te vervoeren. Dit gebeurt door het project Compenserende Maatregelen Kierbesluit. Pas als deze alternatieve zoetwatervoorziening geregeld is, kunnen de sluizen op een kier.

Verdrag van Malta (1998)
In 1998 is door het Rijk het Verdrag van Malta ondertekend, waarin de bescherming en het behoud van archeologische waarden wordt nagestreefd. Het Verdrag van Malta wordt op dezelfde wijze geïmplementeerd als de Natuurbeschermingswet en de Monumentenwet. Aantasting en vernietiging van archeologische waarden kunnen reden zijn tot het onthouden van goedkeuring voor een plan. Het criterium voor weigering van goedkeuring houdt mede een beoordeling en afweging in van alle bij een goede ruimtelijke ordening spelende belangen, waarbij het belang van het archeologisch erfgoed duidelijk meetelt.