direct naar inhoud van 8.5 Artikelsgewijze toelichting
Plan: Bedrijventerrein Nieuw Reijerwaard
Status: voorontwerp
Plantype: inpassingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.9928.DOSx2011x0000029IP-VO01

8.5 Artikelsgewijze toelichting

8.5.1 Inleidende regels

Artikel 1: Begrippen

In dit artikel is een aantal begrippen verklaard die genoemd worden in de regels. Een en ander voorkomt dat er bij de uitvoering van het plan onduidelijkheden ontstaan over de uitleg van de regels.

Artikel 2: Wijze van meten

In dit artikel is bepaald hoe de voorgeschreven maatvoering in het plan gemeten moeten worden. De regels inzake de wijze van meten voorkomen interpretatieverschillen bij de toepassing van de regels over maatvoeringen.

8.5.2 Bestemmingen

Artikel 3: Bedrijf - Gasontvangstation

Voor het gasontvangstation, net ten noorden van de Verbindingsweg, is deze bestemming opgenomen.

Artikel 4: Bedrijventerrein

Het merendeel van het plangebied is voorzien van de bestemming Bedrijventerrein. Binnen deze bestemming zijn bedrijven uit milieucategorie 3.1 tot en met 4.2 rechtstreeks toegestaan. Met gebruikmaking van een afwijkingsbevoegdheid kunnen bedrijfsactiviteiten uit milieucategorie 2 worden toegestaan danwel bedrijfsactiviteiten uit één milieucategorie hoger dan in beginsel toegelaten.

Dit inpassingsplan maakt primair de vestiging van bedrijven uit de agrologistiek, voedings- en genotmiddelenindustrie en agro en foodgerelateerde bedrijvigheid mogelijk. Dit is bepaald in de bestemmingsomschrijving. Met een ontheffing kunnen andere bedrijven zich vestigen, die op enige wijze gerelateerd zijn aan de agrologistiek of de agro en foodsector. Hoofdzakelijk bij de uitgifte van de gronden wordt rekening gehouden met het specifieke concept van Nieuw Reijerwaard. Naast deze specifieke bedrijven is een biovergistinginstallatie toegestaan op het bedrijventerrein evenals een drietal windturbines.

Bebouwing mag uitsluitend worden opgericht binnen de opgenomen bouwvlakken. De hoogte van de gebouwen is opgenomen in de verbeelding (maximaal 10, 15, 20 danwel 30 meter). Aan de randen van het plangebied en aan de Verbindingsweg en de Voorweg gelden afwijkende bouwhoogteregels. Deze gebieden zijn met de aanduidingen 'specifieke bouwaanduiding - 1 & 2' aangegeven. Gelet op de nabijheid van de woningen aan de Rijksstraatweg varieert de maximale bouwhoogte hier van 10 meter aan de meest westelijke bestemmingsgrens tot een hoogte van 20 meter. Aan de overige zijden varieert de maximale bouwhoogte van 15/20 meter tot 30 meter. Gebouwen mogen hier hoger zijn naarmate de afstand tot de rand van het bouwvlak groter wordt.

Op het bedrijventerrein moet een afstand van 5 meter tot zijdelingse perceelgrenzen in acht worden genomen. Dit is een harde grens, gelet op de bedrijven die zich hier met een dergelijke bouwhoogte kunnen vestigen.

De bouwvlakken hebben een diepte van 200 tot 300 meter. Gelet op deze diepte is vanuit ruimtelijk en stedenbouwkundig oogpunt een ruimte van 15 meter tussen de verschillende bedrijfspercelen gewenst voor reservering van een mogelijke extra ontsluitingsstructuur. Deze gronden zijn voorzien van de aanduiding 'specifiek bouwaanduiding uitgesloten - bebouwing'. Gedeputeerde Staten zijn bevoegd om hiervan af te wijken als een gebouw wordt gebouwd over de gehele diepte van het bouwvlak.

In het (noordwestelijke) verlengde van de Voorweg is een fietspad voorzien. Deze mag overbouwd worden. Hiervoor is een aanduiding 'onderdoorgang' opgenomen.

Artikel 5: Gemengd

Voor de boerderij aan de Voorweg 2 is een gemengde bestemming opgenomen. Deze - nu nog - agrarische bedrijfswoning is een rijksmonument en is ingepast in het stedenbouwkundig plan.

Binnen deze bestemming zijn verschillende functies toegestaan teneinde het rijksmonument te behouden. Voor de bouwmogelijkheden is aangesloten bij de geldende bouwmogelijkheden

Artikel 6: Groen

Voor de zone tussen de Rijksstraatweg en het bedrijventerrein en aan de randen van het plangebied is de bestemming 'Groen' opgenomen. Binnen deze bestemming zijn groenvoorzieningen en fiets- en wandelpaden toegestaan en is tevens de aanleg van water mogelijk.

Artikel 7: Horeca

Voor het hotel en conferentiecentrum is de bestemming Horeca opgenomen. Voor de gebruiks- en bouwmogelijkheden is aangesloten bij de geldende mogelijkheden

Artikel 8: Verkeer

Voor het turboverkeersplein, de Verbindingsweg, de Voorweg en de interne ontsluitingsstructuur is de bestemming Verkeer opgenomen. Op de verbeelding zijn dwarsprofielen opgenomen.

Artikel 9: Water

De hoofdwatergangen, de blauwe wig parallel aan de Verbindingsweg en een deel van de overgangszone aan de Rijksstraatweg zijn voorzien van de bestemming Water.

In de waterstructuur aan de Verbindingsweg is de mogelijkheid opgenomen om overhangende bouwdelen toe te staan. Onder deze bouwdelen dient een minimale vrije ruimte te zijn van 8 meter. De bouwdelen mogen hier maximaal 30 meter hoog zijn. Dit met uitzondering van ondersteunende bouwdelen. Op meerdere locaties in de watergang is deze aanduiding opgenomen.

Artikel 10 / 11: Leiding - Gas / Leiding - Water

In het plangebied liggen enkele transportleidingen die planologisch relevant zijn. Het betreft enkele gasleidingen en een waterleiding. Om de belangen van deze leidingen te regelen zijn voor de leidingen inclusief de bijbehorende zakelijk rechtstroken dubbelbestemmingen opgenomen. Deze bestemmingen zijn primair ten opzichte van de andere daar voorkomende bestemmingen.

Artikel 12: Waarde - Archeologie

Voor het hele plangebied is deze dubbelbestemming opgenomen, waarmee de mogelijk voorkomende archeologische waarden worden beschermd.

Artikel 13: Waterstaat - Waterkering

Voor de waterkering in het plangebied is deze dubbelbestemming opgenomen. Deze dubbelbestemming regelt het belang van de waterkering. Bouwen en/of werkzaamheden zijn uitsluitend mogelijk na instemming van het Waterschap.

8.5.3 Algemene regels

Artikel 14: Anti dubbeltelregel

De anti dubbeltelregel voorkomt dat dezelfde gronden meerdere keren in aanmerking mogen worden genomen bij het verlenen van (verschillende) omgevingsvergunningen voor het bouwen, waardoor bebouwingsmogelijkheden onbedoeld kunnen worden verruimd. Het opnemen van deze regel is verplicht op grond van de Wet ruimtelijke ordening (Wro).

Artikel 15: Algemene aanduidingsregels

Een deel van het plangebied betreft een boringvrije zone. Hiervoor is de gebiedsaanduiding 'milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied' opgenomen.

Rondom de locaties van de windturbines is de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone - windturbine' opgenomen. Hierbinnen zijn geen gebouwen toegestaan.

Artikel 16: Algemene bouwregels

In dit artikel zijn regels omtrent het ondergronds bouwen, ondergeschikte bouwdelen, parkeernormen en bebouwingsvrije zones langs de rijkswegen geregeld.

Artikel 17: Algemene afwijkingsregels

De algemene afwijkingsregels bevatten bevoegdheden voor het bevoegd gezag om afwijking te verlenen van de regels van het plan ten behoeve van afwijkingen van ondergeschikte aard.

Artikel 18: Algemene wijzigingsregels

De algemene wijzigingsregels bevatten bevoegdheden voor het bevoegd gezag om de bestemmingen binnen het plan gedeeltelijk te wijzigen. Daarbij het gaat het als eerste om afwijkingen van bestemmingsgrenzen in algemene zin, tot maximaal 10%, indien de situatie in het veld niet geheel overeenkomt met die op de verbeelding.

Daarnaast is een algemene wijzigingsbevoegdheid opgenomen om de gronden rondom de windturbines te bebouwen.

Verder is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen om bouwen boven de wegenstructuur mogelijk te maken. Dit voor logistieke verbindingen tussen de verschillende bedrijven.

8.5.4 Overgangs- en slotregels

Artikel 19: Overgangsrecht

Het overgangsrecht is van toepassing op bebouwing en gebruik dat al bestond bij het opstellen van het plan, maar dat strijdig is met de opgenomen regeling. Onder bepaalde voorwaarden mag deze strijdige bebouwing en/of strijdig gebruik worden voortgezet of gewijzigd. Het opnemen van deze regel is verplicht op grond van de Wro.

Artikel 20: Slotregel

De slotregel geeft aan hoe de regels van het plan worden aangehaald. De slotregel wordt gevolgd door het vaststellingsdictum. Het vastgestelde plan wordt ondertekend door de voorzitter van Provinciale Staten, alsmede door de griffier.