direct naar inhoud van Artikel 8 Verkeer
Plan: Bedrijventerrein Nieuw Reijerwaard
Status: vastgesteld
Plantype: inpassingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.9928.DOSx2011x0000029IP-VA01

Artikel 8 Verkeer

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. verkeersdoeleinden in de vorm van hoofdverbindingen met de daarbij behorende voorzieningen voor het langzaam verkeer en de ten behoeve van de verkeersdoeleinden benodigde bouwwerken en andere voorzieningen;
  • b. geluidwerende voorzieningen;
  • c. (collectieve) parkeervoorzieningen;
  • d. groenvoorzieningen;
  • e. waterlopen, waterpartijen en waterstaatkundige voorzieningen.
8.2 Bouwregels
8.2.1 Toegestane bouwwerken:

Op de in lid 8.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend andere bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.

8.2.2 Bouwregels

De bouwhoogte van de in lid 8.1 bedoelde bouwwerken, anders dan ten behoeve van de verlichting, geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer en vervoer te water mag niet meer bedragen dan 5 meter, met dien verstande dat de bouwhoogte van geluidwerende voorzieningen niet meer mag bedragen dan 6 meter.

8.3 Specifieke gebruiksregels
8.3.1 Rijstroken

Op de in lid 8.1 bedoelde gronden zijn wegen toegestaan met niet meer dan 2 rijstroken, met uitzondering van parallelrijbanen, opstelstroken, in- en uitvoegstroken, op- en afritten, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - maximum aantal rijstroken' de maximaal aangegeven rijstroken zijn toegestaan.

8.3.2 Strijdig gebruik

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend het inrichten van de gronden in afwijking van de aangegeven dwarsprofielen en het maximum aantal rijstroken.

8.4 Afwijken van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders kunnen bij het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 8.3 en toestaan dat van de aangegeven dwarsprofielen en het maximum aantal rijstroken wordt afgeweken:

  • a. indien en voor zover uit overleg met de wegbeheerder blijkt dat daartegen uit hoofde van het wegbeheer, de verkeersveiligheid daaronder begrepen, geen bezwaar bestaat;
  • b. indien uit akoestisch onderzoek blijkt dat voldaan wordt aan het bepaalde in de Wet geluidhinder.