Plan: | Bedrijventerrein Nieuw Reijerwaard |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | inpassingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.9928.DOSx2011x0000029GC-0001 |
Op 1 juli 2008 is de Wet ruimtelijke ordening (Wro) in werking getreden. De Wro kent ten opzichte van de Wet Ruimtelijke Ordening (WRO) een aantal nieuwe planvormen, waaronder een zogenaamd 'Inpassingsplan'. Inpassingsplannen zijn bestemmingsplannen die kunnen worden vastgesteld door het rijk of provincies wanneer sprake is van een nationaal of provinciaal belang. Een inpassingsplan maakt, zodra het onherroepelijk is, deel uit van een gemeentelijk systeem van bestemmingsplannen.
Provinciale Staten van Zuid-Holland hebben op 23 februari 2011 de startnotitie voor het inpassingsplan voor het bedrijventerrein Nieuw Reijerwaard vastgesteld en daarmee de opdracht gegeven tot het opstellen van een inpassingsplan. De voorbereiding van het inpassingsplan is door Provinciale Staten in de startnotitie bij Gedeputeerde Staten neergelegd.
Waarom een inpassingsplan?
De ontwikkeling van Nieuw Reijerwaard past niet binnen de vigerende bestemmingsplannen en betreft het grondgebied van de gemeenten Ridderkerk en Barendrecht.
Op 21 december 2010 heeft de Stadsregio Rotterdam de provincie verzocht om het instrument inpassingsplan in te zetten voor de ontwikkeling van het bedrijventerrein Nieuw Reijerwaard. De reden tot dit verzoek vormt de urgentie van de aanleg van het bedrijventerrein, aangezien deze:
Op 11 januari 2011 hebben Gedeputeerde Staten besloten een inpassingsplan voor bedrijventerrein Nieuw Reijerwaard op te starten. Conform de bestuursovereenkomst nemen de drie gemeenten de uitvoering voor hun rekening en de risico's op zich. De Stadsregio Rotterdam heeft de procesbegeleiding van de uitvoering voor haar rekening genomen gedurende de periode dat er nog geen Gemeenschappelijke Regeling (GR) was opgericht. Dit deed zij ook al, aangezien Nieuw Reijerwaard een uitvoeringsproject van het RR 2020 is. De provincie heeft de verantwoordelijkheid voor het inpassingsplan. De uitvoering hiervan wordt in nauw overleg met de betrokken gemeenten gerealiseerd.