Artikel 12 Luchthavens en helikopterlandingsplaatsen

Lid 1 afstand tot woningen en andere geluidsgevoelige bestemmingen

Bestemmingsplannen voor gronden die zijn gelegen binnen 500 meter van woningen of andere geluidgevoelige bestemmingen wijzen geen bestemmingen aan die nieuwe luchthavens of helikopterlandingsplaatsen mogelijk maken. Uitgezonderd zijn luchthavens of helikopterlandingsplaatsen die een maatschappelijke functie hebben en woningen of andere geluidgevoelige bestemmingen die in eigendom zijn van de grondeigenaar van de gronden waarop de luchthaven of helikopterlandingsplaats mogelijk wordt gemaakt. Zij tellen als zodanig niet mee bij het bepalen van de minimaal aan te houden afstand van 500 meter.



Lid 2 afstand tot stiltegebieden

Bestemmingsplannen voor gronden die zijn gelegen in of binnen 1000 meter van milieubeschermingsgebieden voor stilte (zoals aangegeven op kaart 10) wijzen geen bestemmingen aan die nieuwe luchthavens of helikopterlandingsplaatsen mogelijk maken. Dit tenzij deze luchthavens of helikopterlandingsplaatsen een maatschappelijke functie hebben of het luchthavens betreft waarop uitsluitend stille luchtsporten worden beoefend, zoals zweefvliegen en ongemotoriseerd schermvliegen.

 



Lid 3 helikopterlandingsplaatsen voor commercieel gebruik

Bestemmingsplannen wijzen geen bestemmingen aan en stellen geen regels die nieuwe helikopterlandingsplaatsen voor commercieel gebruik mogelijk maken.



Lid 4 uitzondering voor de Stadsregio Rotterdam en het Stadsgewest Haaglanden

In afwijking van het derde lid is het mogelijk om in zowel de Stadsregio Rotterdam als het Stadsgewest Haaglanden één helikopterlandingsplaats te bestemmen voor commercieel gebruik zolang er niet reeds een helikopterlandingsplaats voor commercieel gebruik aanwezig is of bestemd is in de Stadsregio of het Stadsgewest.