10 Nieuwe glastuinbouwgebieden en motie Duurzaamheid
10.1 Inleiding
In november 2010 hebben Provinciale Staten besloten de zoeklocaties in de gemeenten Kaag en Braassem en Oostflakkee uit de structuurvisie te verwijderen en de locaties Wilde Veenen (gemeente Zuidplas) en Oude Tonge (gemeente Oostflakkee) als glastuinbouwgebied op te nemen. Voorts zijn in deze herziening de locaties Nieuw Amstel Oost III (gemeente Nieuwkoop) en Vloeivelden Suikerunie (gemeente Binnenmaas) opgenomen als “Transformatiegebied, mogelijk te transformeren tot glas”
Nieuw Amstel Oost III in de gemeente Nieuwkoop
In de door PS vastgestelde startnotitie voor Actualisering 2011 van de PSV en PVR is opgenomen dat er beschikt dient te worden over een planMER, haalbaarheidsstudie en inrichtingsplan alvorens de locatie Nieuw Amstel Oost III in de structuurvisie opgenomen kan worden als glastuinbouwgebied. De locatie wordt meegenomen in de voor de Actualisering 2011 op te stellen planMER. Van een door de gemeente voor de locatie opgestelde haalbaarheidsstudie is nog geen sprake, wel wordt er door een ondernemerscollectief, daarin (financieel en personeel) gesteund door de gemeente, gewerkt aan een inrichtingsplan dat tezijnertijd als basis zal kunnen dienen voor het op te stellen bestemmingsplan. Dit inrichtingsplan biedt voldoende informatie over de mogelijkheden om tot een glastuinbouwgebied te komen en biedt het perspectief dat de locatie tezijnertijd daadwerkelijk gerealiseerd zal kunnen worden. De gemeente Nieuwkoop gaat er overigens vooralsnog van uit dat pas na 2020 een begin gemaakt zal worden met het realiseren van deze locatie. In deze Actualisering 2011 wordt de locatie Nieuw Amstel Oost III als glastuinbouwgebied opgenomen.
Vloeivelden Suikerunie in de gemeente Binnenmaas
De locatie Vloeivelden Suikerunie is op grond van dezelfde argumenten als hierboven in de Eerste herziening van de PSV opgenomen als “Transformatiegebied, mogelijk te transformeren tot glas”. Uit tot nu toe met de gemeente Binnenmaas gevoerd ambtelijk en bestuurlijk overleg blijkt dat de gemeente geen voorstander is van het tot glastuinbouw ontwikkelen van (een deel van) de voormalige vloeivelden. De Suikerunie gaat in haar visie voor de bij haar in eigendom zijnde gronden wel uit van een glastuinbouwontwikkeling, zij het dat deze kleiner is, dan de in de PSV aangeduide locatie. Bij de gevoerde discussies gaat het overigens niet alleen om de beoogde glastuinbouw, maar ook om de toekomst van de rest van het SuikerUnieterrein waarvan een deel buitendijks/watergebonden is en waar bedrijvigheid in de hoogste milieucategorie tot de mogelijkheden behoort. Mede in het licht van de besluitvorming in Provinciale Staten in november 2010 over de compensatiegebieden glastuinbouw wordt de locatie Vloeivelden Suikerunie in deze Actualisering 2011 als glastuinbouwgebied opgenomen.
Locatie Bovenlanden in de gemeente Nieuwkoop
De gemeente Nieuwkoop heeft verzocht om de huidige transformatieaanduiding van het langs de Amstel en direct ten noorden van de locaties Nieuw Amstel West tot en met Oost III liggende glastuinbouwgebied (Bovenlanden) te verwijderen, zodat er hier weer sprake zal zijn van een glastuinbouwgebied. Dit is in lijn met de in november 2010 door Provinciale Staten uitgesproken wens om onder meer deze transformatieaanduiding te heroverwegen. Het verwijderen ervan zal enerzijds tot gevolg hebben dat er duidelijkheid aan de thans hier gevestigde glastuinders wordt geboden. Anderzijds houdt dit in, dat er hier geen (ruimte voor ruimte)woningen (meer) gebouwd zullen kunnen worden. Door de gemeente Nieuwkoop wordt gewerkt aan een bestemmingsplan voor de bestaande glastuinbouwgebieden binnen haar grenzen, waaronder de Bovenlanden. Uit het thans ter inzage liggende voorontwerp van dit plan blijkt, dat de gemeente naar herstructurering van de glastuinbouw in dit gebied streeft. Door de gemeente wordt voor dit plan een planMER-procedure gevolgd aangezien de beoogde herstructurering m.e.r.-beoordelingsplichtig is. Gezien eerdere discussies in Provinciale Staten en gezien het feit dat het voor de provincie niet mogelijk is om aan te geven hoe en tot wat deze binnen de 20 Ke-contour van Schiphol liggende locatie getransformeerd zou kunnen/moeten worden, wordt de locatie weer opgenomen als glastuinbouwgebied.
Duurzaamheid
Tijdens de vergadering van Provinciale Staten van 10 november 2010 is bij het behandelen van het onderwerp “Compensatiegebieden glastuinbouw” Motie 238 aangenomen. Hierin is aangegeven dat in de eerste herziening van de PSV en de PVR moest worden vastgelegd, dat in bestemmingsplannen die op de nieuwe glastuinbouwgebieden en andere glastuinbouwlocaties betrekking hebben, een duurzaamheidsparagraaf wordt opgenomen. Hier is inhoud aan gegeven door in de in februari 2011 vastgestelde PVR een algemene bepaling over duurzaamheid op te nemen, onder de aantekening, dat nader bezien zou worden welke aspecten van duurzaamheid van de glastuinbouw nog niet in andere kaders geregeld zijn en welke daarvan in aanmerking zouden kunnen komen voor het formuleren van specifieke in bestemmingsplannen op te nemen regels. Doel hiervan is te bewerkstelligen dat de glastuinbouw zo duurzaam mogelijk functioneert. Bij het uitwerken van een en ander is gebleken dat veel duurzaamheidsaspecten al in andere kaders zijn geregeld of geregeld gaan worden (zoals in het op de Wet milieubeheer gebaseerde Besluit Glastuinbouw). Bovendien leent het toevoegen van nieuwe regels zich beter voor nieuw te ontwikkelen locaties dan voor bestaande al in bestemmingsplannen opgenomen glasgebieden die de hoofdmoot uitmaken van de voor de glastuinbouw beschikbare ruimte. Dit leidt dus niet tot wijziging van de structuurvisie en verordening.
10.2 Wijziging structuurvisie
Naast diverse kleine tekstuele aanpassingen, tekstwijziging in paragraaf 4.4.1:
Glastuinbouw
De behoefteraming voor de glastuinbouw tot 2020 is eveneens gebaseerd op afspraken met de regio, waarbij het beleid van verdergaande concentratie in de greenports als uitgangspunt geldt. Het behoud van de positie van Zuid-Holland in de internationale glastuinbouw vraagt om een kwantitatieve benadering en een kwalitatieve benadering. In de Zuidplaspolder is rekening gehouden met 200 hectare voor nieuw duurzaam glastuinbouwgebied. Daarnaast is circa 80 hectare glastuinbouw als transformatiegebied aangemerkt. Het herstructureren van bestaande glastuinbouwgebieden kan tot het toevoegen van 150 ha teeltareaal leiden. Buiten op de functiekaart aangegeven glastuinbouw(bedrijven)gebieden is er een forse saneringsopgave.
Glastuinbouw |
|
|
|
Planologisch verankerde nieuwe locatie Zuidplaspolder |
totaal circa 200 hectare |
|
Heroverweging transformatiegebieden |
100 hectare |
Herstructureren greenports |
Westland-Oostland |
2850 hectare |
|
Boskoop |
309 hectare |
|
Bollenstreek |
950 hectare7 |
Saneren verspreid glas |
|
345 hectare |
tekstwijziging in paragraaf 4.8.1.4
Nieuwe glastuinbouwlocaties
Naast de mogelijkheden voor nieuwe glastuinbouwbedrijven in de Zuidplaspolder en in de gemeente Lansingerland voor de kortere termijn is onderzoek gedaan naar de mogelijkheden om in Zuid-Holland ruimte te bieden voor nieuwe glastuinbouwlocaties. Dit past in het streven naar het behoud van het netto teeltareaal onder glas . Uit het onderzoek is gebleken dat er in Zuid-Holland geen ruimte gevonden kan worden voor een grootschalige én duurzaam in te richten nieuwe locatie van netto ongeveer 400 hectare. Uit met de provincie Noord-Holland gevoerd overleg is gebleken dat in deze provincie ruimte beschikbaar is, dan wel geboden kan worden, voor vanuit Zuid-Holland afkomstige glastuinbouwbedrijven. In aanvulling daarop zijn de locaties Nieuw Amstel Oost III (gemeente Nieuwkoop) en Vloeivelden Suikerunie (gemeente Binnenmaas) op de functiekaart als “ glastuinbouwgebied aangegeven In de gemeente Nieuwkoop is voorts het grootste deel van de langs de Amstel liggende zogenoemde Bovenlanden niet langer als “te transformeren” glastuinbouw, doch als glastuinbouwgebied aangeduid. Nieuwe glastuinbouwlocaties moeten voldoen aan de voorwaarden van het Provinciaal Waterplan 2010-2015 en aan de standpuntbepaling van rijk en provincie over het advies van de Deltacommissie. Deze voorwaarden houden onder andere in dat de zoetwatervraag niet verder toeneemt en dat de locaties zelfvoorzienend zijn in hun zoetwaterbehoefte. Bij het ontwikkelen van glastuinbouwgebieden is het van groot belang dat er optimaal invulling wordt gegeven aan het begrip duurzaamheid. In de verordening is opgenomen dat gemeenten in hun bestemmingsplannen voor glastuinbouwgebieden een duurzaamheidsparagraaf opnemen waarin door hen wordt aangegeven hoe zij hier inhoud aan geven.
10.3 Wijziging verordening
Toevoeging aan artikel 1 een begripsbepaling voor een concentratiegebied voor de glastuinbouw
Concentratiegebied voor de glastuinbouw
Aaneengesloten bebouwd gebied met als hoofdfunctie glastuinbouw met inbegrip van de ruimte die nodig is voor het realiseren van de daarbij horende voorzieningen, zoals waterberging, gietwaterwaterbassins, groenvoorzieningen, nutsvoorzieningen, bedrijfswoningen, bedrijfsruimten, infrastructuur en landschappelijke inpassing. De betreffende gebieden zijn op kaart 2 van deze verordening aangeduid als ‘glastuinbouwgebied’, ‘glastuinbouwbedrijvengebied’ en ‘transformatiegebied glastuinbouw’. Voor de twee laatstgenoemden gebieden zijn in deze verordening specifieke regels voor het toelaten van andere functies dan glastuinbouw opgenomen.
10.4 Kaartwijziging(en)
Op kaart 1 van de Verordening wordt de locatie Binnenmaas buiten de bebouwingscontour gebracht.
Op de functiekaart wijzigt de aanduiding van de locaties Binnenmaas van bedrijventerrein naar de aanduiding glastuinbouwgebied. Dit werkt door op kaart 2 en kaart 6 van de Verordening (niet afgebeeld).
Op kaart 2 van de Verordening worden de locaties Binnenmaas en Nieuwkoop toegevoegd als concentratiegebied glastuinbouw. Daarnaast wijzigt een deel van het transformatiegebied glastuinbouw in de Aar- / Amstelzone in concentratiegebied glastuinbouw.
Op de functiekaart wijzigt de aanduiding van de locatie Nieuwkoop van transformatiegebied, mogelijk te transformeren naar Glastuinbouw. Op een deel van de Aar- / Amstelzone wordt de aanduiding transformatiegebied geschrapt.
Zie bijlagen 2, 5 en 8.
7 Dit betreft zowel bollengrond als glas.
11 Toepassen van de SER-ladder op glastuinbouw
11.1 Inleiding
Provinciale Staten hebben bij het vaststellen van de PSV motie 215 aangenomen. In deze motie wordt geconstateerd dat het ontwikkelen van kassen in de PSV is ingekaderd door een aantal regels en randvoorwaarden, maar dat deze minder eenduidig zijn dan de zogenoemde SER-ladder methodiek. Deze is in de PSV en PVR van toepassing verklaard op bedrijventerrein- en kantoorontwikkelingen. In de motie wordt Gedeputeerde Staten verzocht om het toepassen van de SER-ladder voor glastuinbouw (en woningbouw) uit te werken en op te nemen in de PSV en de PVR. Bij het in de PVR opnemen van de SER-ladder zal het gaan om het formuleren van regels met betrekking tot de inhoud van en de toelichting bij bestemmingsplannen die voorzien in het ontwikkelen van glastuinbouwlocaties binnen de in de structuurvisie aangegeven glastuinbouwgebieden. Hierbij zal er rekening gehouden moeten worden met de behoefte aan ruimte voor kassen in de provincie Zuid-Holland als gevolg van de vraag naar vervangende en nieuwe ruimte voor kassen, alsmede met de mogelijkheden om binnen de provincie in de behoefte aan die ruimte te voorzien door herstructurering en/of intensivering van bestaande glastuinbouwgebieden.
11.2 Wijziging verordening
Toevoegen aan artikel 4: nieuw lid 2B en een toelichting
Lid 2B SER-ladder glastuinbouw
Bestemmingsplannen die voorzien in nieuwe of in uitbreidingen van bestaande glastuinbouw met een oppervlakte van tenminste vijf hectare aan aaneengesloten percelen, moeten in de toelichting een verantwoording bevatten waarin de behoefte aan het gebruik van nieuwe gronden voor glastuinbouw als gevolg van de vervangings- en uitbreidingsvraag wordt onderbouwd. Ook moet worden onderbouwd waarom in deze behoefte niet kan worden voorzien door herstructurering of intensivering van elders in de betrokken regio gelegen bestaande glastuinbouwgebieden.
Toelichting
SER-ladder voor glastuinbouw
In dit lid is het principe van de SER-ladder opgenomen voor nieuwe glastuinbouwgebieden of de uitbreiding daarvan. Het gaat daarbij zowel om uitbreiding van concentratiegebieden voor de glastuinbouw als om uitbreiding van verspreid liggende glastuinbouwbedrijven met toepassing van de regeling ‘glas voor glas’. Uitgangspunt is dat eerst de mogelijkheden voor intensivering en herstructurering van bestaand glastuinbouwgebied worden onderzocht, alvorens een nieuwe locatie wordt ontwikkeld. Ook het benutten van ruimte elders in de regio moet worden onderzocht.
12 Glas voor glas regeling
12.1 Inleiding
Bij het vaststellen van de startnotitie voor de Actualisering 2011 is amendement 182 aangenomen met betrekking tot een op te nemen regeling voor bestaande volwaardige verspreid gelegen glastuinbouwbedrijven (dus geen ondersteunend glas) die zouden mogen groeien tot meer dan de in de PVR opgenomen grens van 2 ha, indien zij elders (verspreid gelegen en/of ondersteunend) glas saneren. Doel hiervan is enerzijds het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit door het saneren van glas, terwijl anderzijds bestaande verspreide glastuinbouwbedrijven kunnen groeien en in verband daarmee mogelijkheden krijgen voor moderniseren/verduurzamen. De regeling zal naast de al bestaande ruimte- voor ruimteregeling en het inzetten van subsidies een bijdrage kunnen leveren aan het streven om tot sanering van het verspreid gelegen glas te komen. De provincie heeft zelf onvoldoende financiële middelen om al het verspreide glas te verplaatsen of saneren. Er kunnen voldoende waarborgen in de op te stellen regeling ingebouwd worden om ervoor te zorgen dat er per saldo voldoende kwaliteitswinst geboekt zal kunnen worden.
12.2 Wijziging structuurvisie
Paragraaf 4.5.1.4 tekst wijzigen. Aan de alinea Nieuwe glastuinbouwlocaties wordt toegevoegd:
Aan de verordening is een regeling toegevoegd die het voor glastuinbouwbedrijven die buiten de glastuinbouwgebieden gevestigd zijn (verspreid glas) mogelijk maakt om hun kassen uit te breiden tot meer dan de in de Verordening Ruimte toegestane twee hectare. Zij dienen hierbij aan een aantal voorwaarden te voldoen. De belangrijkste daarvan houden in dat deze bedrijven elders glas kopen en slopen en dat de ruimtelijke kwaliteit per saldo verbeterd wordt.
12.3 Wijziging verordening
Toevoegen aan artikel 4: nieuw lid 2A en een toelichting
Lid 2A glas voor glas
In afwijking van het bepaalde in lid 2 kan een bestemmingsplan bepalingen bevatten die erin voorzien dat bij een bestaand volwaardig glastuinbouwbedrijf een oppervlakte van meer dan 2 hectare kassen per bedrijf wordt mogelijk gemaakt, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
- tegenover de uitbreiding van de bestaande oppervlakte van de kassen staat ofwel in gelijke mate de duurzame sanering van bestaande kassen elders buiten de op kaart 2 aangeduide concentratiegebieden voor de glastuinbouw ofwel een combinatie van duurzame sanering van bestaande kassen en een financiële bijdrage in een (inter)gemeentelijke kwaliteitsfonds waarbij het bepaalde in artikel 2, lid 2, sub a, onder viii, ix en x van toepassing is en waarbij voor ten hoogste 1 ha glas de sanering mag worden vervangen door een financiële bijdrage;
- de ruimtelijke kwaliteit in beide gebieden wordt per saldo verbeterd, waarbij de landschappelijke waarden in het uitbreidingsgebied niet in onevenredige mate worden aangetast;
- advies over de gevolgen voor de ruimtelijke kwaliteit is nodig van een onafhankelijke landschapsdeskundige;
- de kassen op de saneringslocatie zijn opgericht voor 1 januari 2007;
- de kassen op de saneringslocatie kunnen maar één keer worden meegeteld bij de toepassing van ‘glas voor glas’ zoals bedoeld in dit artikel of de toepassing van ‘ruimte voor ruimte’ zoals bedoeld in artikel 2, lid 2, onder a, waarbij een combinatie van beide regelingen niet is uitgesloten;
- de verplaatsing van het glastuinbouwbedrijf op de uitbreidingslocatie naar een concentratiegebied voor de glastuinbouw, zoals aangeduid op kaart 2, is geen reële mogelijkheid;
- de uitbreidingslocatie is op de functiekaart van de provinciale structuurvisie aangeduid als ‘agrarisch landschap’ én
- de belangen van andere functies in de omgeving van de uitbreidingslocatie worden niet in onevenredige mate geschaad.
Toelichting op het artikel 4 lid 2A
glas voor glas
De nieuwe regeling ‘glas voor glas’ biedt een afwijkingsmogelijkheid op het concentratiebeleid van de provincie. Per saldo komt er geen glas bij omdat elders fysiek glas wordt gesaneerd.
De uitbreiding van het glasoppervlak komt bovenop de bestaande oppervlakte aan fysiek glas, mits dat laatste past in het geldende bestemmingsplan. Dus als nu al meer dan 2 ha glas aanwezig is, kan dat als uitgangspunt worden gehanteerd. Een voorbeeld: thans is 3 ha glas aanwezig overeenkomstig het geldende bestemmingsplan. Elders wordt 1 ha gesloopt. De toegestane oppervlakte in het nieuwe bestemmingsplan is 4 ha.
Het is ook mogelijk om te volstaan met de sloop van ten minste de helft van de oppervlakte en voor de resterende oppervlakte financiële compensatie te regelen, door storting van een bedrag ter grootte van de ontbrekende oppervlakte in m2 x een normbedrag in een (inter)gemeentelijk kwaliteitsfonds. Voor ten hoogste 1 ha mag sanering worden vervangen door een bijdrage in het kwaliteitsfonds.
Het gaat om hetzelfde principe dat ook bij ‘ruimte voor ruimte’ van toepassing is. Voor bovenstaand voorbeeld pakt dat als volgt uit: tegenover de uitbreiding van 1 ha, staat de sloop van 0,5 ha en een bijdrage in het kwaliteitsfonds van 5.000 x het normbedrag. De hoogte van het normbedrag wordt bepaald bij de instelling van het fonds.
Op gemeentelijk niveau moet een goede afweging over concrete toepassingen van ‘glas voor glas’ worden gemaakt, waarbij alle belangen worden afgewogen. Bij deze afweging moet ook de saneringslocatie worden betrokken, om te waarborgen dat per saldo de ruimtelijke kwaliteit duurzaam wordt verbeterd. De saneringslocatie kan ook in een andere gemeente liggen. Het woord “duurzaam” geeft aan dat voorkomen moet worden dat op de gesaneerde locatie opnieuw een kas wordt opgericht. Het glas moet dus in ieder geval worden wegbestemd en de gronden moeten een passende nieuwe bestemming krijgen (bij voorkeur agrarisch, recreatie of natuur). Het in de verordening voorgeschreven beeldkwaliteitsplan bij bestemmingsplannen voor het buitengebied is ook van toepassing op ‘glas voor glas’. Indien de provincie een gebiedsprofiel ruimtelijke kwaliteit heeft opgesteld voor het betreffende gebied moet dat bij de afweging over nieuw glas worden betrokken. Tevens is advies nodig van een onafhankelijke landschapsdeskundige. Een peildatum is opgenomen om misbruik van de regeling te voorkomen.
Glas dat wordt ingezet voor de regeling ‘glas voor glas’ kan niet tevens worden ingezet voor ‘ruimte voor ruimte’. De regeling sluit dubbeltellingen uit. Een gecombineerde toepassing bij één te saneren glastuinbouwbedrijf is wel mogelijk. Het glas telt dan gedeeltelijk mee voor de toepassing van ‘glas voor glas’ en gedeeltelijk voor de toepassing van ‘ruimte voor ruimte’. Voorbeeld: bij een bedrijf met 2 ha glas kan 1,5 ha worden ingezet voor de bouw van drie compensatiewoningen (‘ruimte voor ruimte’) en 0,5 ha kan verplaatst worden naar een ander bedrijf dat daardoor kan doorgroeien tot 2,5 ha (‘glas voor glas’).
13 ISV Boskoop
13.1 Inleiding
Provinciale Staten hebben Gedeputeerde Staten opdracht gegeven om naar aanleiding van de vastgestelde intergemeentelijke structuurvisie (ISV) Boskoop te kijken of aanpassing van de PSV noodzakelijk is.
De ISV is van de vier gemeenten in de Greenport Boskoop, waarbij de ontwikkeling van een vitale en duurzame greenport centraal staat. Kernpunten zijn herstructurering, een goede bereikbaarheid en ontsluiting en een aantrekkelijk landschap. De greenport is in het provinciaal ruimtelijk beleid begrensd via de sierteeltcontour. Daarbinnen is planologische ruimte beschikbaar voor die boom- en heesterteelt met een eigen regeling voor glasopstanden bij de sierteelt bedrijven. Buiten de contour is alleen ruimte voor reeds aanwezige sierteeltbedrijven, waarbij de bepalingen uit de verordening van toepassing zijn. Ter plaatse van het gebied De Lansing is een deel van het concentratiegebied boom- en sierteelt gewijzigd.
13.2 Kaartwijziging(en)
Op kaart 2 van de verordening wordt de begrenzing van het concentratiegebied boom- en sierteelt in De Lansing aangepast.
Op de functiekaart wijzigt voor De Lansing de aanduiding boom- en sierteeltgebied in natuurgebied.
Zie bijlagen 2 en 8.
|